Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993

 

Artikel 30
1
Het instituut geeft met inachtneming van het tweede en derde lid en van het bepaalde krachtens het vijfde lid aan de houder van een instructeursbewijs, bedoeld in artikel 27, op diens verzoek een certificaat voor het geven van rijonderricht af, dat dezelfde bevoegdheden inhoudt als vermeld op het instructeursbewijs.
2
De afgifte van het certificaat geschiedt:
a
uiterlijk zes maanden na de datum van inwerkingtreding van deze wet, indien verzoeker niet langer dan twee jaren voor de datum van inwerkingtreding van deze wet een toets die door een door Onze Minister aangewezen instantie is afgenomen in verband met de vereiste mate van bekwaamheid voor het geven van rijonderricht, met gunstig gevolg heeft afgelegd, of
b
indien verzoeker blijkens een niet langer dan zes maanden voor de datum van afgifte door het instituut afgenomen toets voldoet aan bij algemene maatregel van bestuur vastgestelde eisen in verband met de vereiste mate van bekwaamheid voor het geven van rijonderricht.
3
Afgifte van het certificaat geschiedt slechts tegen inlevering van het instructeursbewijs.
4
De houder van een ontheffing, bedoeld in artikel 27, derde lid, kan bij het instituut een certificaat verkrijgen dat dezelfde bevoegdheden inhoudt als vermeld op het bewijs van ontheffing mits hij een door het instituut afgenomen toets met goed gevolg heeft afgelegd. Afgifte geschiedt slechts tegen inlevering van het bewijs van ontheffing.
5
Onze Minister stelt regels vast omtrent de wijze van omwisselen, bedoeld in het eerste en vierde lid.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •